Zwijnenkeutelperen en Rabau in Fruitmuseum ’t Olde Ras

Wie kent nog de appelsoorten Antonovka en Rabau? Of de Zwijnenkeutelpeer en de Juttepeer? In de grote boomgaard van fruitmuseum ’t Olde Ras in het Gelderse Doesburg kun je ze vinden. En niet alleen dat, je kunt ze ook kopen aan de kraam, in november proeven, en je eigen boom bestellen. Bij museumtuin ‘t Olde Ras is iedereen welkom, van particulieren tot (beheerders van) landgoederen, hoveniers en andere bedrijven. Iedereen kan er terecht voor informatie, advies en aanschaf van zeldzame fruitbomen, of om de oude en bijzondere fruitteeltgereedschappen in het museumgebouw te bekijken

Tekst: Lisa Mooijman

In de boomgaard van de Stichting Behoud en Bevordering Fruitcultuur staan nu ruim 3000 bomen van meer dan 1500 fruitrassen. Dat zijn allemaal zeldzame appelen perenrassen, kersen, pruimen, mispels, sierfruit, bessen, moerbei, noten, amandel, perziken, abrikozen, wilde pruimen, kerspruimen en nog veel meer. Fruitsoorten worden zeldzaam als ze niet of nauwelijks meer in de winkels verkocht worden. “In de boomgaard van de stichting staan zowel hoog- als half- en laagstambomen”, vertelt de voorzitter van de stichting, Tessa Brouwer. “Er staan meestal jonge bomen in kweek en soms oudere bomen. Het aanbod wisselt per seizoen, er is dus geen standaardassortiment.”

Zwijnenkeutelpeer
De Zwijnenkeutelpeer is volgens Tessa een mooi voorbeeld van een soort die lang geleden verdween. “Daar werd vroeger een lekkernij voor rijke mensen van gemaakt. Het is een klein, rond peertje die zijn naam eer aan doet. Na de pluk werden ze eerst drie maanden gefermenteerd, tot een soort sterke drank. De peren werden er na die tijd uitgehaald en gedoopt in chocolade. Daarna werden ze aan de adel gepresenteerd als bonbons. Het steeltje stak er nog uit, zodat je het makkelijk kon vastpakken. De Zwijnenkeutelpeer stond dus vaak in de bongerd van grote landhuizen, en het zou zonde zijn als die soort en dat verhaal helemaal verdwenen. Daarom hebben wij deze peer in onze boomgaard staan.”

Conserveren
Het conserveren van fruitsoorten die ooit op Nederlandse bodem stonden, is het doel van de stichting en ’t Olde Ras. Elk jaar worden dan ook meerdere soorten op aanvraag en naar behoefte vermeerderd. Veel opdrachtgevers willen een zeldzame soort, en dat is volgens Tessa vaak omdat ze vroeger bij opa en oma op het erf stonden. “Er zijn heel veel zeldzame soorten, zelfs de Cox en Granny Smith zijn al zeldzaam. Die staan dus ook hier. Als je bij ons komt, gaan we eerst praten over de wensen en het soort tuin waarin de boom moet komen. Dan gaan we de boomgaard in om te kijken of de soort waaraan jij denkt ook echt past. Soms komen we tot een heel andere rassenkeuze. Voor iedere klant is het een ander verhaal.”

Oogst en show
Wat doet de stichting met de oogst? “Het fruit dat uit de boomgaard komt, verkopen we op de kraam en verzamelen we voor de jaarlijkse fruitshow. Verder maken we sap en jam”, vertelt Tessa. “Wat daarna nog over is, kunnen we kwijt aan een grote boerderij die ze aan de varkens geeft. We gooien niks weg en wat we verdienen is voor de stichting.” Beroemd in de hele streek, en verder weg, is de jaarlijkse fruitshow in november. Tessa: “Alles wat hier hangt, wordt dan tentoongesteld. We hebben dan een grote proeftafel staan. Met de show start meteen ook ons boomverkoopseizoen.”

Een groep enthousiastelingen, die met lede ogen het enorme fruitrassenarsenaal in ons land zag verdwijnen, richtte in 1992 de Stichting Behoud en Bevordering Fruitcultuur op. De stichting moet de fruitteelt stimuleren en nieuw leven inblazen. De ANBI-instelling krijgt geen subsidie. Liefhebbers van zeldzame fruitbomen kunnen donateur worden van de stichting en hierdoor helpen het culturele erfgoed van ‘t Olde Ras te bewaren. Als dank krijg je vier keer per jaar het blad Fructus.

Diensten
Je kunt jaarrond ook een boomsoort laten vermeerderen. Als je een bestelling doet, is het seizoen erop je boompje klaar. Je kunt ook kiezen voor een waardebon en daarmee later terugkomen. Hoveniers en particulieren die meer willen weten kunnen bij ’t Olde Ras niet alleen terecht voor informatie, verkoop, voorlichting en proeverijen, maar ook voor cursussen. Tussen januari en maart worden er bijvoorbeeld snoeicursussen van appel- en perenbomen gegeven.

Vrijwilligers
Intussen zijn de vrijwilligers van de stichting ‘s zomers en ‘s winters in de weer. Regen, vorst of hitte, het werk gaat altijd door. Dat gaat van onderhoud tot op pad gaan om nieuwe rassen te vinden. Tessa vertelt dat ze regelmatig mensen spreken die een oude bongerd hebben. “We gaan er dan heen, en als we een zeldzame soort vinden, vragen we of we daar een beetje hout van mogen knippen. Weten mensen van tevoren niet welk ras het betreft, dan stellen wij de fruitsoort eerst zelf vast en besluiten vervolgens of we er iets van gaan vermeerderen.”

Onderhoud en vernieuwing
En het onderhoud van de boomgaard? “Dat gebeurt zonder gif”, zegt Tessa beslist. “We doen ook alles zoveel mogelijk met de hand. Daardoor verlies je soms wat, maar je werkt nu eenmaal met leven, dus dat hoort erbij.” Ondanks het traditionele karakter blijft ’t Olde Ras nieuwe dingen doen en producten ontwikkelen. Daarvoor is nu meer ruimte, want de bewustwording rond natuurlijk tuinieren en behoud van (biologisch) cultureel erfgoed groeit. “Mensen kopen hier bijvoorbeeld al vaak appelsap, maar er kwam ook vraag naar appel perensap. Via een samenwerking met Buitengoed de Panoven in Zevenaar hebben we dat nu gemaakt.”

Deel dit bericht