Groenere tuin, koelere stad
Niet alleen in stadscentra, maar ook in buitenwijken worden groene tuinen steeds vaker ingeruild voor een bestrating. En dat terwijl we dat extra groen meer dan ooit kunnen gebruiken. Is het gemakzucht? Ontbreekt de kennis? Of hebben we dan echt geen tijd meer om met onze handen in de aarde te wroeten? De TuinMarkt onderzoekt waar we kansen laten liggen.
Uit een onderzoek van Climate Adaptation Services (CAS) en adviesbureau Deloitte blijkt dat de gemiddelde tuin voor 36 procent uit bloemen, planten en ander groen bestaat. De Nederlandse tuin kan dus bijna drie keer groener, stellen de opstellers van het rapport. Dat zou goed zijn, want groene tuinen zorgen onder meer voor verkoeling, een goede afwatering, biodiversiteit en de opvang van CO2 en fijnstof. Omdat veertig procent van het bebouwde oppervlak in een stad in particuliere handen is, hebben de gezamenlijke huis- en tuineigenaren veel invloed op het leefklimaat van hun omgeving. Zij zouden samen dus echt een groot verschil kunnen maken door het ‘vergroenen’ van alle tuinen.
Onzekerheid
Wout Veldstra van Stichting Steenbreek, die zich inzetten voor de vergroening van tuin en buitenruimte, ziet dat mensen echter om meerdere redenen niet (meer) voor groen in hun tuin kiezen. “Allereerst is dat de onzekerheid over het onderhoud”, zegt hij tegen website Stadszaken.nl. “Veel mensen aarzelen omdat ze geen tijd denken te hebben of omdat ze over onvoldoende kennis beschikken. Dat een stenen tuin ook om onderhoud vraagt, vergeet men meestal. Net zoals dat een groene tuin met minimaal onderhoud, ook bestaat.”

Positieve houding
Volgens onderzoeker Robbert Snep van Wageningen University & Research zijn er de twee uitersten: mensen die helemaal niets met planten, struiken, bomen of gras hebben en de échte groenliefhebbers. Met daartussen nog een hele grote middengroep. “Bij deze laatste groep is, onder invloed van diverse tv-programma’s, een beweging ontstaan waarbij mensen hun tuinen zien als een verlengstuk van de woonkamer. Alleen denken zij nog steeds geen tijd voor onderhoud te hebben”, zegt Snep tegen de website. Volgens Robbert is het lang niet altijd onwil. “Enerzijds hebben mensen duizend-en-een andere dingen aan hun hoofd, anderzijds zijn we de kennis verleerd. Veel mensen hebben een positieve houding ten opzichte van een groene tuin, maar hebben geen idee waar zij zouden moeten beginnen. Wat moeten ze planten, wanneer, en hoe moeten ze dit vervolgens onderhouden? De kennis ontbreekt, met het gevolg dat het alleen blijft bij de intentie tot vergroenen.”
Groen geluk
En dat is jammer. Voor de natuur, maar ook voor de tuinbezitters zelf. Mensen met een groene tuin zijn namelijk minder eenzaam, want tuinieren bevordert het sociaal contact. Ook zijn ze gelukkiger omdat kijken naar een groene tuin het geluksgevoel blijkt te vergroten. Juist in de middengroep liggen de meeste kansen. Die mensen zijn erg geholpen wanneer de zorg wordt weggenomen met praktische voorbeelden of inrichtings- en beheeradvies. Volgens onderzoeker Snep kun je denken aan een app of website waarin mensen kunnen aangeven om welk perceel het gaat en wat de ligging is. Het systeem komt dan met een aantal mogelijke tuininvullingen, inclusief een plantlijst en verdere instructies. “Daar kunnen dan bijvoorbeeld weer lokale groenaanbieders bij betrokken worden.” Op die manier wordt de kennis die volop aanwezig is – nu nog vooral in boeken en bij professionals – overgedragen op de burger. De vraag aan wie die rol toebedeeld is, is een lastige. Er zit immers geen verdienmodel achter.”
Enorme verschillen
Er zijn in Nederland grote verschillen wat betreft de mate van groen in tuinen, dat blijkt uit de eerder genoemde analyse van Deloitte. Zo hebben Rotterdammers bijvoorbeeld drie keer groenere tuinen dan Amsterdammers. Op een kaart van Nederland is te zien hoe tuinen (de grootte meegerekend) op landelijk-, gemeentelijk- en buurtniveau scoren. Dat kan volgens Deloitte relevant zijn voor beleidsbepalers. Wassenaar heeft met 70 procent beplanting de groenste tuinen van Nederland, Amsterdam heeft daarentegen met 11 procent de minst groene. Ook in Zuid-Limburg zijn de tuinen relatief groen, net als in de noordelijke provincies. Deloitte heeft ook de milieuwinst berekend wanneer er meer groen in tuinen te vinden zou zijn. In Rotterdam zou de temperatuur bijvoorbeeld met 0,23 graden Celsius dalen en in Eindhoven met zelfs 0,68 graden.
Gemeenten
Bij gemeenten ligt de reden voor het minder groen inrichten van buitenruimtes anders. Volgens Veldstra van Stichting Steenbreek staan gemeenten met de rug tegen de muur. “Ze hebben er de afgelopen jaren op diverse gebieden taken van het rijk bijgekregen. Zoals op het gebied van zorg, onderwijs, asielzoekersbeleid en klimaat. Groen is dan een gemakkelijk slachtoffer dat achter blijft.” Ook ontbreekt het volgens hem bij veel gemeenten aan vakkennis, waardoor veel wordt uitbesteed. Daarnaast vergrijst de groene sector en is het besef vaak niet aanwezig dat groen een effectieve klimaatadaptie oplevert.
Vergroenen
Voor particulieren is het niet zo moeilijk om de tuin groener te maken. Een goed begin is simpelweg het vervangen van tegels door (echt) gras of ander groen. Zo wordt ook nog eens het regenwater makkelijker opgenomen in de grond en verdwijnt het niet in het riool, wat ook weer beter voor het klimaat is. Ook is het groen van gras minder warm dan het grijs van de tegels. Tijdens de steeds hetere dagen in de zomer is het in een groene tuin prettiger en koeler om te vertoeven.

Deel dit bericht