Tim en Tom bij Tuincentrum ‘t Lokkemientje

Wie binnenkomt bij tuincentrum annex dierenwinkel ‘t Lokkemientje in Edam, wordt begroet door geluiden van een heleboel papegaaien en parkieten in een levensgrote volière. In de winkel zelf, tussen de planten, op een pallet, of gewoon tussen de klanten, staan de rode katerbroers Tim en Tom klaar voor een aai. En als je toch waterplanten gaat halen voor het aquarium, kun je nog even kijken naar de schildpadden en de tropische vissen die er tussen zwemmen.

Tekst: Lisa Mooijman

Geen van die dieren is te koop, op de vissen na dan. Ze zijn de vaste bewoners van ‘t Lokkemientje. Ook in tijden van lockdown, waarin het tuincentrum dicht moet en de dierenafdeling open mag blijven, worden ze nog steeds goed verzorgd en geknuffeld door de klanten. Eigenaar Johan Grootendorst begon tien jaar geleden de dierenafdeling met wat voer voor tuinvogels. “Nu is het meer een soort knuffelshop”, lacht hij. “Maar dan met een goed assortiment voor je huisdier, een dierenapotheek waar je altijd terecht kunt voor tips en advies.”

Die aanwezigheid van dieren in de zaak is voor klanten vaak alleen al reden om vaker naar de winkel te komen. “Een betere promotie kun je haast niet bedenken”, vindt Johan. ”De rode katers Tim en Tom kwamen een paar jaar geleden aanlopen en ze zijn zo vriendelijk dat we ze
rustig in de winkel kunnen houden. Ze vinden het niet erg om te poseren, en ze zijn dan ook onze reclamesterren als het gaat om kattenvoer en benodigdheden.” Johan ziet bij de buitenvolière met diverse soorten, vaak ruim 40 jaar oude papegaaien, niet zelden oude mensen met hun kleinkinderen. “Ze komen voor een zakje voer of iets dergelijks, en gaan dan lekker kletsen met die beesten. Veel ouders die komen met hun kroost, herkennen vaak een papegaai van vroeger, toen ze zelf nog kind waren. Dat is heel gezellig en dus laten we dat lekker zo, al letten we wel op dat de kleintjes niet bij het gaas kunnen komen. Het moet voor mens en dier fijn en gezellig zijn hier.”

Volgens Johan verdient ‘t Lokkemientje niets aan de aanwezige dieren, maar het draagt wel enorm bij aan ‘het thuisgevoel’ in de winkel. Die uitstraling gaat door de hele regio. “Die dieren zijn eigenlijk een hobby van onze familie, die zo groot werd dat we het naar de winkel hebben verplaatst. Door de jaren heen werd dat eerst een beetje een verkapte opvang, voor als bijvoorbeeld iemand overleed en de papegaai nergens heen kon. Maar dat opvangen doen we nu niet meer hoor, we hebben onze maximumcapaciteit echt bereikt.” De dieren in de winkel waren wel een belangrijke aanleiding om tien jaar geleden een eigen dierenafdeling in het tuincentrum te starten. Het leek niet meer dan logisch. “We verkochten al nestkastjes en vetbollen. We begonnen dus met vogelvoer naast de kamerplanten. Daarvandaan gingen we uitbreiden, met een aantal soorten katten- en hondenvoer. Hier kwamen benodigdheden voor allerlei andere huisdieren bij, tot biologisch voer voor kippen aan toe. Het gaat bij ons altijd om wat ik noem ‘de randvoorwaarden’ bij het houden van dieren, zoals droog- en natvoer, manden, halsbanden en dat soort dingen.”

Vijf jaar geleden was de laatste grote uitbreiding van de dierenafdeling met vissen en waterplantjes. Daar zwemmen nu ook schildpadden tussen, die dan weer niet te koop zijn. “Maar daar gaan we mee ophouden hoor”, zegt Johan stellig. “We begonnen met een paar van onze eigen schildpadden, zodat ze lekker veel ruimte hadden. Nu zien we iets te vaak nieuwe schildpadden van een klant die zijn afgedankte beestje stiekem tussen de anderen zet. Dat vind ik triest, en uiteindelijk is dat ook niet goed voor de beesten die er al zitten.”

Volgens Johan is ‘t Lokkemientje intussen een compleet tuincentrum voor tuin en dier samen. De dierenafdeling is nu groot genoeg, vinden ze, met precies de goede maat en een goede verhouding tussen tuin en dier. Alle gezelligheid ten spijt moet er natuurlijk ook gewoon geld verdiend worden. Van productgroepen die niet blijken te renderen neemt de winkel dus gewoon afscheid. “Maar daarom houden we het ook zo lang vol”, weet Johan. “De goede combinatie van gezelligheid en zakelijkheid zorgt dat we al zolang op deze manier kunnen bestaan. En dat hopen we nog heel lang zo te doen.”